Op tijd vertrekken we weer om naar het volgende dorpje te gaan. De vorst staat nog op de grond, dus ben ik al snel blij met de keuze voor warme kleding. Desondanks worden we weer vergezeld door een heerlijk zonnetje. Voor het eerst komen we boven de 4000 meter, een mooi punt om te stoppen voor onze lunch. Ik moet nodig naar het toilet, dus dat is de eerste stop die ik maak in het restaurant. Het is een gat in de grond met een grote ton water ernaast om door te spoelen. In de ton ligt een soort bakje wat je hiervoor kunt gebruiken. Door de lage temperaturen is de bovenste laag van het water bevroren. Mijn voorganger heeft dit stuk geslagen, dus kan ik bij het ijskoude water om mijn behoefte wegspoelen. Weer een hele ervaring.
Na het laatste stuk hiken komen we bij ons tea house. Ik gok dat de wc's zoals ik ze net omschreef vanaf nu normaal gaan zijn, want ook hier is hetzelfde concept. In een leuk, voor hier moderne, bar warmen we op met warme chocolademelk en wat spelletjes. Ik heb wat hoofdpijn en ben vermoeid, waarschijnlijk door de hoogte. Tijd voor een middagdutje dus. Na het avondeten bespreken we zoals gewoonlijk de dag en meten het zuurstofgehalte in ons bloed. Waar dit in Nederland boven de 97% moet zijn, voldoen wij nu met 83% en 84% prima aan de norm. Het wordt ons nog afgeraden overdag dutjes te doen, helaas. Dan nu maar weer ons ijskoude bedje in. Het wordt deze nacht -9 graden, dus de mutsen blijven op.
