Om 06.00 zitten we al aan het ontbijt, want vandaag is onze eerste echte grote dag: we gaan één van de drie hoge passen lopen, of toch niet... Ik voel me nog steeds beroerd en kan het echt niet aan om de grote pas te gaan lopen vandaag. Ik staar weer naar mijn ontbijt en eet onder lichte (zorgzame) dwang van Pepijn net geen heel toastje met jam weg.
Chandra komt enthousiast vragen of we zin hebben in de pas. Nouuuu, nee. Het besluit is dat het niet verstandig is te vertrekken en een bezoek aan een arts niet overbodig is. Laat ik in alle landen gewoon even de ziekenhuizen testen. De dichtstbijzijnde arts zit in Dingboche, waar we gisteren vandaan kwamen. Het maakt me niet meer uit hoe of wat, maar ik wil weg waar ik ben. We pakken onze spullen en beginnen aan een helse tocht naar Dingboche. Mijn enige geluk: het is bijna allemaal dalen. Omdat we zo vroeg vertrokken zijn, zijn we ook al op tijd daar. De dokter zal in een half uurtje open gaan. Ik krijg vast een bed in het tea house om uit te kunnen rusten, wat ik hard nodig heb.
Het feit dat we 300 meter lager zijn doet me al goed. De knallende koppijn is overgegaan in handelbare hoofdpijn. De aardige dokter doet wat testjes en komt met de volgende diagnose: bronchitis, keelontsteking en beginnende hoogteziekte. Lekker pakketje wel. Ik krijg maar liefst 7 verschillende soorten medicatie voorgeschreven en mag de komende 2 dagen niet stijgen. Morgenochtend verwacht hij me terug voor een check of het de goede kant op gaat.
Tijd voor lunch, zin innnnn, not natuurlijk. Met moeite eet ik een half broodje die er vervolgens echter moeiteloos weer uitkomt. Ik check nog even bij de dokter of ik toch kan beginnen aan mijn medicatie en dit is gelukkig geen probleem. De hele middag staar ik voor me uit en heb het liefst dat er niemand in mijn buurt komt en/of tegen me praat. Maar zo lief als ik ben, zal ik altijd alles eerlijk delen met Pepijn. Ook mijn kwaaltjes. Later op de middag begint ook Pepijn zich niet goed te voelen en hoest veel. Ook hij ziet er niet meer fit uit en zitten vervolgens als twee doden naast elkaar op een bankje in het tea house. Zo snel als kan gaan we naar bed en hopen we snel op te knappen.